Schrijver: W.J. van der Molen & J. Reens
Regie: Coos Mulder
Aantal delen: 1
Totale duur: 24 minuten
Omroep: VPRO (14-12-1956)
Genre: Werk
Resumé:
Wanneer in De achtste dag de bedrijfseconoom Spelt, na bijna gestikt te zijn in zijn luchtloze droom, een ander de zweep van de angst doet voelen, is dat een vlucht, die zich voortzet als hij zelf die zweep over zich getrokken voelt, door zijn directeur, voor wie de arbeider, hoe hoog in de bedrijfshiërarchie ook, niet meer schijnt te zijn dan de smeerolie van het in zijn ogen alleenzaligmakende “apparaat”.
En wanneer diezelfde econoom in zijn tweede droom, zegt, dat de mens de stof, die door de machine gemaakt wordt, zal aanvaarden, maar het ontwerpen van de bruidstooi niet zal afstaan, dan willen wij daarmee zeggen, dat de gelijkvormigheid van de gebruiksgoederen, die de machine zal produceren, het verlangen naar iets anders zal stimuleren, zodat de met geest en handen scheppende mens nieuwe kansen geboden zullen worden.
Dit is zeer beslist geen symboliek, maar op zijn beurt het naar voren halen van één facet van de mogelijke ontwikkeling, in de hoop en de verwachting, dat het u zal doen zoeken naar andere facetten. Spelt heeft het antwoord gevonden in het gesprek tussen de mens en de koude econoom in hem.
Extra:
Dit hoorspel maakt deel uit van de reeks Verbeeldingen.
In die reeks verschenen:
– De achtste dag (14-12-1956)
– Ober, één kerstmis (21-12-1956)
– Terug naar Bar-Sebah (28-12-1956)
Bron: Hoorspelen.eu