Audio – script: Sprong 2 – deel 01

Sprong 2 deel 01

Sprong het heelal – Het Mars-mysterie
Script serie 2 – deel 01

Titel: “De expeditie naar Mars”

(Start muziek)


(Voorleesmuziek)


Dokter: 15 juni 1972, aardetijd. Onze Marsexpeditie is een ware nachtmerrie geworden. Twee uren geleden zijn we gestart van Mars voor de eerste etappe van onze terugreis naar de Aarde, naar huis. Een etappe van ruim 550 miljoen kilometer. Van de twintig man die het begin van deze gedenkwaardige tocht hebben meegemaakt, zijn er maar zes over… Zes die tenminste de hoop kunnen koesteren, behouden op Aarde terug te keren. Van de negen ruimtevaartuigen die onze vloot vormden, zijn er zes verloren gegaan, waarvan twee volkomen vernield. Wat er van over is, zal wel ten eeuwige dagen door de ruimte dwarrelen. De vier andere hebben we bij gebrek aan bemanning achter moeten laten om, waarschijnlijk ook voor altijd, rond te wentelen in hun baan op 1500 kilometer boven het oppervlak van Mars. De opzet was dat we een jaar op Mars zouden blijven. We zouden er een kleine kolonie stichten als uitgangspunt voor een onderzoek van de hele planeet. We zijn er maar drie maanden gebleven. Een langer verblijf zou betekend hebben dat we nooit meer naar de Aarde waren teruggekeerd. Als ik aan die drie maanden denk, kan ik me bijna niet meer voorstellen dat de fantastische gebeurtenissen die we hebben meegemaakt, werkelijk hebben plaats gehad. Ze lijken ongelooflijk, wat zeg ik – onmogelijk. En toch, als ik zo om me heen kijk en de twee overblijvende vaartuigen zie, die als ‘t ware vleugellam  met ons huiswaarts drijven, hun silhouetten rechts en links van ons zwart afgetekend tegen de achtergrond van die miriaden schitterende sterren, dan weet ik dat ze maar al te werkelijk waren. Gedurende de lange sombere weken van onze terugreis zullen we ruim de tijd hebben om na te denken over de vraag of het wel van wijsheid getuigt, dat de mens zich verder in het heelal wil wagen dan van de Aarde naar de maan. De geschiedenis is begonnen nu bijna een jaar geleden. De eerste poging van de mens om de planeet Mars te veroveren, zou worden gedaan door een vloot van negen ruimtevaartuigen, die per stuk ruim 4000 ton wogen en uitgerust met het nieuwe type atoommotor een snelheid haalden van bijna 50.000 kilometer per uur. De bouw ervan had twee jaar ingespannen arbeid gevergd en in april 1971 waren ze klaar voor de start. Achteraf bezien was het hele plan vanaf het begin tot mislukken gedoemd. Ja, reeds voor de start waren de omstandigheden tegen ons een voorbode van wat ons te wachten stond. Als we het maar begrepen hadden…

Controle: (gefilterd) Hallo Luna 142, controle roept Luna 142. Klaar voor de start? Attentie.

Jeff: Hallo controle, hier Luna 142. Klaar voor de start.
Luchtsluis… contact

(geluid luchtsluis)


Gyro… contact

(geluid gyro)


Alles ok, Mitch?

Mitch: Ok.

Jeff: En de passagiers?

Mitch: Ja… zien er nu nog best uit. Allemaal goed vastgesnoerd. Maar hoe ze der over een uurtje aan toe zullen zijn…

Jeff: In orde. Let op, we starten zo.

Mitch: Ik let op.

Jeff: Hallo controle, hier Luna 142, alles klaar.

Controle: Start binnen 15 seconden. – 10 seconden –
5 – 4 – 3 – 2 – 1 – contact!

(geluid startende en opwellende motor)


Controle: 10 seconden na start. Hoogte 15 kilometer. Snelheid 6.800 kilometer.

Controle: 20 seconden na start. Hoogte 24 kilometer. Snelheid 9.100 kilometer.

(oplopende muziek)


Controle: 3 minuten, 10 seconden na start.

Jeff: Ziezo, precies op koers. Gyro af, Mitch.

Mitch: Gyro… af.
Hoe zouden die kerels in de cabine het nou maken? Ik ga eens even kijken.

Jeff: Goed Mitch, maar blijf niet te lang.

Mitch: Ok.

Jeff: Hallo controle, hier Luna 142. Morgan roept u. Geef koers en snelheid alstublieft.

Controle: Hallo Luna 142. Snelheid 41.500 kilometer per uur. Koers correct. Wanneer roept u ons weer?

Jeff: Routineoproep over twee uren.

Controle: Dank u, Luna. Goeie reis.

Jeff: Ai-ai.

(geluid voetstappen)


Jeff: En, Mitch?

Mitch: Nou, precies als ik dacht. Meer dan de helft kotsmisselijk.

Jeff: Wat een wonder, hun eerste reis naar de maan.

Mitch: Als je het mij vraagt, was het beter geweest als ze die eerste reis niet hadden gemaakt. Wat ter wereld bezielt die Wintchell toch? Hebben we al niet genoeg aan ons hoofd, zonder die troep?

Jeff: Me dunkt dat er niets anders op zat. Je moet niet vergeten dat dit geen privéonderneming is, maar een internationale aangelegenheid. Iedere subsidiërende staat heeft er recht op te weten hoe zijn geld besteed wordt.

Mitch: Nja… Waarom kunnen ze de zaak niet per televisie volgen? Het hele geval wordt immers uitgezonden.

Jeff: Nou ja. We hebben ze nou eenmaal. Laten we ons daar nou niet meer druk over maken. Controleer liever de motor, Mitch.

Mitch: Allright.

Jeff: Intussen zal ik hun door de steward wat pillen laten uitreiken. Als de heren zich weer enigszins fit voelen, zullen ze genoeg te doen hebben. Ik denk niet dat we veel last van hen zullen hebben. Over drie dagen, tegen dat we op de maan zijn, zullen ze weer allemaal lekker als kip zijn.

(geluid muziek)


Jeff: (gefilterd) Koers X, 724, route E. Vraag hoogte en snelheid.

Landingsleider: Hallo Luna 142. Hier de landingsleider op de maanbasis. Verzoek ontvangen. Koers X, 724, route E. Hoogte en snelheid worden gecontroleerd. Bericht volgt over vijf minuten.

Jeff: Goed, dank u.

Landingsleider: Hey Mac.

Mac: Ja?

Landingsleider: Bereken de landing even. Koers 724, route E.

Mac: Waar zijn de tabellen?

Landingsleider: Hier. Ze landen binnen het uur.

Mac: Hè, nou dan hadden ze ook wel wat eerder kunnen waarschuwen.

Landingsleider: Ja, schiet op, Mac. De piloot wacht op ons bericht.

(telexgeluid berekenen)


(telexgeluid uitdraaien)


(geluid zoemer-telefoon)


Jimmy: Hier is Barnett.

Landingsleider: (gefilterd) Passagiersraket Luna 142 heeft zich zojuist gemeld.

Jimmy: Ja, en? Wat zou dat? Moet ik nou in vreugdetranen uitbarsten?

Landingsleider: Dokter Matthews heeft verzocht ervan in kennis te worden gesteld.

Jimmy: Oh, oh, dan is het Jeff. Ogenblikje, ik zal het de dokter zeggen. Hey, doc!

Dokter: Ja?

Jimmy: Luna t…, Luna 142 gaat landen.

Dokter: Ah zo, geef mij die telefoon maar even, Jimmy.

Jimmy: Alsjeblieft.

Dokter: Hallo?

Landingsleider: Ja, dokter?

Dokter: En hoe laat landt ze?

Landingsleider: We zijn nog bezig met de berekening.

Dokter: Zo. Zou ik als u klaar is, met de piloot kunnen spreken?

Landingsleider: Zeker, dokter. Waar wilt u hem hebben?

Dokter: Nou, wij komen wel naar de controle.

(geluid afhangen telefoon)


Jimmy: Aha, ze komen dan toch terug. Nou, het zou tijd worden, denk ik.

Dokter: Ach, je weet hoe het daar op Aarde toe gaat, Jimmy. Eindeloze besprekingen en dan
op het laatste nippertje nog een extra controle…
Nou eh, kom! We gaan.

Jimmy: Ja, eh. Ruimtepakken aantrekken?

Dokter: Nee, we gaan binnendoor.

Jimmy: Oké. Ik ben klaar.

Dokter: Maak de deur dan open.

Jimmy: Ja.

(geluid openen deur)


Jimmy: Zeg, denk je dat we op tijd zullen vertrekken, dokter?

Dokter: Waarom niet? Stap in, Jimmy.

(geluid lift)


(telexgeluid uitdraaien)


Jimmy: Mogguh, Mac.

Mac: Mogguh.

Jimmy: En? Hoe is het weerbericht?

Mac: Mooi weer vandaag en nog drie dagen vóór zonsopgang.

Jimmy: Nou, wat mij betreft is ’t al morgen. Ik ben net opgestaan.

Dokter: Hoe lang nog voordat ze landen, Mac?

Mac: Ogenblikkie. (geluid uitdraai telex stopt)
Zo, hier hebben we de cijfers. Eens even kijken.
50 minuten, 30 seconden.

Dokter: Nou, laat hen dat dan maar weten. En geef me daarna gezagvoerder Morgan.

Mac: Zeker, dokter.

Landingsleider: Hallo, Luna 142. Maanbasis roept u, antwoord alstublieft.

Jeff: (gefilterd) Hallo Maanbasis. Ontvang u luid en duidelijk.

Landingsleider: Hier volgen de laatste berekeningen. Is u klaar om ze te noteren?

Jeff: Ja.

Landingsleider: Landing kan normaal verlopen. Uw hoogte is 6400 kilometer, snelheid volgens schema. Landing over 50 minuten. Ik kan u de cijfers geven ter controle als u het nodig oordeelt.

Jeff: Niet nodig. Als alles normaal is, komen we er zo wel. Bedankt voor de moeite.

Landingsleider: Geen dank, Captain.

Mac: Maar hier komt dokter Matthews. Hij wil u spreken.

Jeff: Ok, geef maar door.

Dokter: Hallo, Jeff.

Jeff: Hallo dokter. Hoe gaat het bij jullie daar beneden?

Dokter: Alles in orde…, behalve met nummer twee. Die bezorgt ons nogal wat last. Bij de laatste proef haalde ie 5% te weinig stuwkracht.

Jeff: Ik zal ‘t aan Mitch zeggen. Heb je enig idee waaraan het kan liggen?

Dokter: Hm, de mecano’s zoeken er naar. Er schijnt iets te.. met de pompen niet in orde te zijn.

Jeff: Zo… Zeg, dokter. Nou je toch aan het toestel bent…

Dokter: Ja?

Jeff: Waarschuw de afdeling Receptie even dat we onderdak moeten hebben voor drie man extra.

Dokter: Drie man extra?

Jeff: Ja.

Dokter: Voor de startploeg zeker?

Jeff: Nee, journalisten…

Dokter: Wat zeg je?

Jeff: Ja. Wintchell stond er op dat ik ze meenam. Mitch is tekeer gegaan omdat te verhinderen, je snapt wel hoe. Maar het gaf niks. Ze moeten een ooggetuigenverslag geven van de start, voor de aangesloten zenders in alle werelddelen.

Dokter: Ja, maar ik dacht toch dat…

Jeff: Ja, ik weet het wel. Dat dachten we allemaal, maar het is nou eenmaal zo en niet anders. Wintchell lachte met het reglement en liet hen meegaan. Stel je voor: ze hadden nog nooit door de ruimte gereisd.

Dokter: Zo, en hoe is ‘t hun bekomen?

Jeff: In het begin niet zo best. Maar na een dag was alles in orde. En praats dat ze sindsdien hadden. Je zult iemand moeten aanstellen om op ze te passen en ze de maanstad te laten zien. Maar vooral om ze uit onze buurt te houden.

Dokter: Nou, ik zal me best doen. Nog iets anders, Jeff?

Jeff: Niet dat ik weet.

(Luide ontploffing, gevolgd door claxon)


Jimmy: Hè, wat is er? Alarm! Luchtdichte deuren sluiten, vlug, vlug! Mac, versta je? Vlug!

(geluid sluitende deur)


Jeff: Om ’s hemels wil, dokter… Wat is er aan de hand? Dokter? Dokter?

Dokter: Wat is er gebeurd, Jimmy?

Jimmy: Weet ik het? Elk geval, de zaak is luchtdicht gesloten. Ik geloof niet dat hier iets mis is, is ‘t wel, Mac?

Mac: De luchtdichte deuren zijn okay en de ventilatoren zijn ook dicht.

Dokter: Geef me de technische afdeling.

Landingsleider: Ja zeker, dokter. Hallo, hallo, hier de toren. Hallo, toren roept technische afdeling. Hier is Dokter Matthews voor u.

Technische afdeling: (gefilterd) Hallo toren. Dokter Matthews kan spreken.

Dokter: Hallo, technische afdeling. Wat is er gebeurd?

Technische afdeling: Wij weten het nog niet zeker, Dokter. Het ziet er naar uit dat in één van de woonwijken een ontploffing heeft plaats gehad. De luchtdruk liep plotseling terug tot nul. Kunt u niet hier heen komen?

Dokter: Kan ik deze afdeling zonder gevaar verlaten? Ik heb geen ruimtekostuum bij me.

Technische afdeling: Ik zal trachten te weten te komen, hoe groot de omvang van de schade is en het U dan laten weten.

Dokter: Goed: maar vlug, alsjeblieft.

Technische afdeling: Zeker, dokter.

Jimmy: Is het erg dokter?

Dokter: Dat is nog niet bekend. Een luchtsluis van een van de woonwijken moet het begeven hebben of een van de muren is gescheurd of zo iets. In elk geval mag niemand dit vertrek verlaten, voordat we iets naders vernomen hebben van de technische afdeling. Begrepen, heren?

(REACTIES)

Dokter: En niet roken, alstublieft!

Jimmy: Zeg dokter, hoe zou het met de mensen zijn die in die wijk wonen?

Dokter: Laten we er het beste van hopen. Als er iets ergs is gebeurd, kunnen we niets voor hen doen.

(Verbindende muziek: terwijl de dokter spreekt)


Dokter: Dat was de eerste slag, die ons trof. Twee jaar lang had een heel leger mannen hard gewerkt om de kolonie op de maan te stichten. Nabij de grote krater Copernicus, niet ver van de evenaar, hadden zij de heuvels doorgraven om er een hele stad in te bouwen, die tot woonplaats diende voor het personeel van de constructieafdeling, dat de Marsraketten bouwde. Alle onderdelen van die raketten waren van de aarde overgebracht naar de maan, om hier op het startterrein, in elkaar te worden gezet. Gedurende de bijna een halve maand lange maandagen verzamelden grote zonnereflectoren het vermogen van het zonlicht, dat werd omgezet in elektrische energie, die diende om van de werkers in de onder druk staande basis het leven te veraangenamen en om gedurende de warme maandagen het koelsysteem en gedurende de bitter koude maannachten de verwarming in bedrijf te houden. Twee jaar lang was er niets gebeurd, dat erop wees, dat een ramp, als die welke nu had plaats gevonden, mogelijk was. En toch was door de een of andere onnaspeurbare oorzaak het koepelvormige, doorzichtige dak van een van de woonwijken gebarsten. Dit was de eerste ramp, die de maankolonie trof. Toen de reddingsploeg eindelijk in staat was, de schade te onderzoeken, vond ze een wijde, gapende opening in het dak. Vier mannen sliepen in die afdeling: uiteraard zonder ruimtekostuums. Het ene ogenblik lagen zij nog rustig de kunstmatige aardse atmosfeer in te ademen: het volgende was die kostbare atmosfeer vervlogen door de ontstane opening en bevonden zij zich in een absoluut luchtledige ruimte. Ah… In zekere zin was het een geluk voor hen, dat zij sliepen. Zonder strijd scheidden zij uit dit leven…
Binnen de twee uren was de beschadigde afdeling hermetisch afgesloten van de rest van de ondergrondse stad. Intussen was Jeff geland.

(korte muzikale overgang)


3 journalisten: (Gepraat: geluidsvolume neemt toe. Geluid van elektrisch opengaande deur)

Journalist 1: Oh, daar is hij. Nou…

Jeff: (NADERBIJ KOMEND) Goede middag, heren.

3 journalisten: (BEGROETING)

Jeff: Het spijt mij, heren, dat ik U zolang heb laten wachten: maar U zult begrijpen, dat dit onder de gegeven omstandigheden onvermijdelijk was.

Journalist 1: Wij begrijpen het volkomen, captain Morgan. Maar wat is er eigenlijk gebeurd?

Jeff: Voor zover we kunnen nagaan, moet een van de woonwijken getroffen zijn door een meteoor van grote afmetingen. Ja, dat is een ongeval, waartegen we ons niet kunnen wapenen, maar dat slechts bij zéér hoge uitzondering plaats grijpt. Vier mannen zijn daarbij om het leven gekomen.

Journalist 2: Zijn er leden van Uw bemanning bij?

Jeff: Ja, twee. Maar wij zullen toch op de vastgestelde tijd vertrekken.

Journalist 2: Dus, eh met twee man minder?

Jeff: Wij hebben natuurlijk gezorgd voor reserve bemanning. Ja en nu, heren: Wat U in Uw berichtgeving aan de aarde meldt, is natuurlijk Uw zaak; maar ik zou U zeer erkentelijk zijn, als U van deze ramp geen melding zoudt willen maken voordat onze expeditie vertrokken is. Mocht U bepaalde vragen hebben, dan is het nu de tijd om ze te stellen. De eerstkomende drie dagen zal ik te druk bezet zijn, om nog veel met U te kunnen praten.

Journalist 3: Ja, wanneer krijgen wij de ruimtevaartuigen te zien, captain?

Jeff: Dat is al geregeld. Ook zult U in de gelegenheid zijn, de start bij te wonen vanaf de starttoren. En U zult voorts worden rondgeleid door de kolonie en ik ben er zeker van, dat U hier heel wat zult zien, dat U zal interesseren.

Journalist 1: Hoe lang duurt de tocht naar Mars?

Jeff: De heen- en terugreis duren ieder zes maanden, ons verblijf op Mars zelf een jaar.

Journalist 2: Levert dat geen grote moeilijkheden op met de levensmiddelenvoorziening en dergelijke?

Jeff: Neen. Op twee na zijn al onze vaartuigen vrachtvaarders, die drinkwater, voedsel, extra brandstof, zuurstof en wetenschappelijke instrumenten meenemen, benevens onze luchtdichte woonverblijven en de tractoren met aanhangwagens voor de voortbeweging op Mars. Wij hebben genoeg voorraad voor drie jaren, maar ik hoop, zoals ik zei, binnen twee jaar terug te zijn.

Journalist 2: Een ruime veiligheidsmarge.

Jeff: Ja; onze ervaringen op reizen naar onbekende gebieden in het heelal hebben ons geleerd, dat dit noodzakelijk is. U kent toch de geschiedenis van onze eerste reis naar de maan? Wij werden hier toen veertien dagen langer opgehouden dan wij hadden verwacht en het scheelde maar een haar, of wij hadden de aarde niet meer gehaald. Wij konden ons gelukkig prijzen, dat wij het er levend af brachten.

Journalist 3: Ja, maar waarom vertrekt de expeditie naar Mars eigenlijk vanaf de maan en niet vanaf de aarde? Dat transport van al dat materiaal om de vaartuigen hier te bouwen, moet de kosten toch enorm hebben opgedreven.

Jeff: Wel, de geringere zwaartekracht op de maan stelt ons in staat, grotere vaartuigen te bezigen en die te starten met niet meer dan het zesde deel van de brandstof, nodig bij een start vanaf de aarde. De start van hier betekent dus niet een verhoging, maar een verlaging van de kosten.

Journalist 1: Landen alle expeditieleden op Mars?

Jeff: Neen: alleen de bemanningen van het vlaggenschip en zijn begeleider in totaal acht man. De overige bemanningen blijven aan boord van de vrachtvaarders, die in een baan op een hoogte van ruim 1500 kilometer om de planeet heen blijven cirkelen.

Journalist 3: Het… het hele jaar door?

Jeff: Ja: daar is niets aan te doen.

Journalist 1: Maar zullen die mensen dat niet beroerd vinden? Zo’n lange reis te moeten maken en dan niet eens voet aan land te mogen zetten?

Jeff: Gelooft mij, heren, de bemanningen van de vrachtvaarders weten heel goed, wat hun te wachten staat — maar zij gaan liever mee zonder te landen, dan thuis te blijven.

Journalist 2: Op welk gedeelte van de planeet landen de vlaggenschepen?

Jeff: Op de zuidelijke poolkap.

Journalist 2: Op de poolkap?

Jeff: Ja.

Journalist 2: Maar zal het daar niet ontzettend koud zijn?

Jeff: Waarschijnlijk wel: maar de poolkap is de enige plek, waar wij zeker zijn van een effen landingsterrein. Trouwens, onze ruimtekostuums zijn elektrisch verwarmt. Eenmaal veilig geland, zullen we de tractoren uitladen en ons op weg begeven in de richting van de evenaar van Mars en onderweg natuurlijk de streek verkennen.

Journalist 3: Ja. En hoe leeft U daar eigenlijk?

Jeff: Heren, wij beschikken over bolvormige, opblaasbare hutten, waarin de normale druk heerst. Die zullen voldoende bescherming bieden tegen de weersomstandigheden op Mars en kunnen worden opgevouwen, wanneer ze niet worden gebruikt.

Journalist 2: En hoe denkt U de tijd door te brengen gedurende die lange reis van zes maanden?

Jeff: O, er is genoeg te doen: ik denk niet, dat we één ogenblik met de handen in de schoot zullen zitten.

Journalist 1: Neemt U ook wapens mee?

Jeff: Waarvoor?

Journalist 1: Nou, uit wat ik er zo van gelezen heb, kreeg ik de indruk, dat de deskundigen van oordeel zijn, dat Mars de enige planeet is, waarop de kans bestaat leven in de een of andere vorm aan te treffen.

Jeff: Dat is zo.

Journalist 1: Neem nou eens aan, dat die levende wezens verstand hebben en dat ze U vijandig gezind zijn, niet waar: denkt U zich dan te verdedigen?

Jeff: Uh: de hoogst ontwikkelde vorm van leven, die wij verwachten aan te treffen, is een primitieve vorm van plantaardig leven en ik geloof niet, dat wij wapens nodig zullen hebben om ons daartegen te beschermen.

Journalist 3: Ja, maar hoe staat het dan met die kanalen?

Jeff: Wat bedoelt U?

Journalist 3: Neemt men dan niet aan, dat het irrigatiekanalen zijn, gegraven door de Marsbewoners om hun woestijnen van water te voorzien?

Jeff: (lachend) Dat was een populaire opvatting van de 19e eeuw.

Journalist 3: Oh, hecht men daar dan nu geen geloof meer aan?

Jeff: Sommige mensen wel.

Journalist 2: Kan men die kanalen zien? Zijn ze der werkelijk?

Jeff: Het is zeker dat de dingen die men “kanalen” noemt, inderdaad bestaan. Maar of ze water bevatten of alleen maar verkleuringen zijn van het oppervlak van de planeet, dat is iets, dat we nog niet weten.

Journalist 2: Kunnen wij van hieruit Mars waarnemen?

Jeff: Welzeker. En ik ben ervan overtuigd, dat de sterrenwacht U graag de gelegenheid daartoe zal geven. Als U ooit eerder naar de rode planeet heeft gekeken, vanaf de bodem van die reusachtige oceaan van lucht, die de aarde omgeeft, dan staat U hier een prettige verrassing te wachten. Onze telescoop is niet bijzonder groot, maar dank zij het feit, dat de maan geen atmosfeer bezit, is het mogelijk allerlei details van het oppervlak van Mars te zien, die op aarde zelfs met de grootste telescopen niet te krijgen zijn. – Ja, en nu, heren, als U geen vragen meer heeft, breng ik U naar iemand van de afdeling receptie die U Uw kamers zal wijzen.

(Verbindende muziek: terwijl de dokter spreekt)


Dokter: De eerstvolgende dagen kenmerkten zich door een enorme bedrijvigheid. In één van de maankraters, op vijf kilometer afstand van de nederzetting, stond de vloot van negen ruimtevaartuigen klaar voor de eerste expeditie naar de planeet Mars. De krater, met zijn gladde, effen bodem en tot op 800 meter steil omhoog rijzende ronde wanden, vormde een ideaal startplatform. De ruimtevaartuigen hadden enorme afmetingen, ze waren bijna 100 meter hoog en hadden een omtrek van ruim 30 meter. Twee ervan vertoonden de bekende vormen van het gebruikelijke raketvaartuig: de andere weken vrij sterk af van wat de leek zich van zo’n vaartuig voorstelt. Daar ze niet bestemd waren om ooit door een dampkring te vliegen, waren ze niet gestroomlijnd, doch bestonden slechts uit de meest onmisbare bestanddelen, zoals zonnespiegels, radioantennes, brandstofreservoirs en andere uitrustingsstukken, samengehouden door een net van geperforeerde steunbalken. Dit samenstel werd bekroond door een grote bol, die niet alleen dienst deed als vrachtruim, maar waarin zich ook de heel kleine cabine bevond, die het woonverblijf vormde voor de tweekoppige bemanning. De vaartuigen, die op hun cabines in grote rode cijfers de getallen 1 tot en met 8 droegen, stonden in een kring met een middellijn van ruim anderhalve kilometer op het gestroomlijnde vlaggenschip “De Pionier” dat ter herkenning lichtblauw was geschilderd. Uren vóór de start reeds tuurde iedereen, die niet in beslag werd genomen door de een of andere taak, naar de horizon, in afwachting van het verschijnen van de zon. Tegen het donkere, met diamanten bezaaide uitspansel, tekende zich vaag het silhouet af van de maankarpathen. Aan de overzijde hing, als een grote maan in zijn eerste kwartier, de aarde bewegingloos aan de hemel. Dan opeens, schoot van achter de ruige horizon een spitse, rode zonnestraal tevoorschijn. Het volgende ogenblik baadde, alsof een reusachtige hand een elektrische schakelaar had omgedraaid, het hele landschap in de scherpe, witte zonnegloed, terwijl bergen, rotsen en kraterwanden lange, gitzwarte schaduwen op het oppervlak van de maan wierpen. De lange maandag was begonnen. De ruimtevloot kon starten naar Mars….

(korte muzikale overgang)


Tijdklok: (Gefilterd) Het is nu één uur voor de start.

Jimmy: Ziezo, dokter: het is zo ver, instappen voor een toertje rond de zon vóór het diner, heren.

Jeff: Kom, mannen. De helmen op en naar de vaartuigen.

Bemanning: (GELUID VAN OVEREENKOMSTIGE BEWEGINGEN)

Jeff: Schakelt de radioverbindingen in en verder niets anders doen dan de gegeven bevelen opvolgen. Hallo, toren. Morgan roept U. Bemanningen verzameld. Klaar om te vertrekken.

Landingsleider: (Gefilterd) O.K.

Jeff: Denkt erom, mannen, wie de luchtsluis door is, stapt in de tractor, die het nummer draagt van zijn vaartuig. Op het startplatform aangekomen, klimmen jullie aan boord. Je sluit de luchtsluis en gaat na of alles in orde is voor de start. Vervolgens vragen jullie in volgorde van jullie nummers, de toren aan om de lift-stellages te verwijderen. En zo, nu opgelet! Hallo, toren: alles O.K. Wij zijn klaar: U kunt de luchtsluis openen.

Landingsleider: (Gefilterd) Luchtsluis gaat open.

(geluid Luchtsluis)


Jeff: Ga binnen, mannen.

(Inleidende muziek dagboek dokter)


Dokter: Wij wisten, dat nu aller blikken in de kolonie gevestigd waren op de televisieschermen, die ons vertrek vertoonden. In de toren van de sterrenwacht stonden nu de journalisten, met donkere zonnebrillen op en sloegen de start nauwlettend gade. Ginder, op aarde, werd ieder woord, dat door ons werd gesproken en ieder bevel van de startcontrole door ieder radiostation uitgezonden en opgenomen op de bandrecorders. De filmcamera’s draaiden al en het radarpersoneel maakte zich gereed om de baan van onze vuurspuwende uitlaatmondingen, die tegen de donkere hemel wel de indruk moesten maken van komeetstaarten, op hun schermen te houden. Het duurde niet lang, of Jeff, Jimmy, Mitch en ik waren veilig in onze nauwe cabine aangeland en de controle voor de start nam een aanvang.

(korte muzikale overgang)


Jeff: Jimmy, roep de toren en laat alle vaartuigen zich melden.

Jimmy: Ja, Jeff. Hallo, toren. Vlaggenschip roept U. Wij zijn aan boord, U kunt de liftstellage verwijderen.

Landingsleider: (GEFILTERD) Dank U, Pionier. Wij verwijderen de stellage.

Jimmy: Vlaggenschip roept ruimtevloot. Controle voor de start. Meldt U, alstublieft.

Vrachtvaarder1: (GEFILTERD) Hier is vrachtvaarder no.1.

Vrachtvaarder2: (GEFILTERD) Hier vrachtvaarder no.2.

Vrachtvaarder 3: (GEFILTERD) Hier no.3.

Vrachtvaarder 4: (GEFILTERD) En hier no.4.

Vrachtvaarder 5: (GEFILTERD) En hier no.5.

Vrachtvaarder 6: (GEFILTERD) Hier no.6.

Vrachtvaarder 7: (GEFILTERD) Hier no.7.

Vrachtvaarder 8: (GEFILTERD) En de laatste no.8.

Jimmy: Dank U. Nu laatste technische controle en weest dan klaar voor de start.
(TOT JEFF) O.K. Jeff; alles in orde.

Jeff: Mooi. En Mitch? Dokter?

Mitch: Laatste controle alles in orde.

Jeff: Alles in orde, hé dokter? Mooi zo, mooi zo. Dan in de kooien en snoer jullie goed vast.

(ENKELE MATEN MUZIEK, DIE SPANNING ACCENTUEREN)


Mitch: Ja, jullie kunt me van die nieuwe atoommotoren met hun geringe versnellingen zeggen wat je wil, één ding is zeker: we zullen niet meer zo’n foltering hoeven te doorstaan als bij onze eerste start van de aarde naar de maan, weet je nog, Jimmy?

Jimmy: Ha,ha, Zou ik dat ooit vergeten? Luna was maar een ouwe kist, vergeleken bij dit toestel.

Jeff: Jimmy, periscoop uit.

Jimmy: Ja, periscoop uit.

Jeff: Laat maar ronddraaien, Jimmy.

Jimmy: Ronddraaien.

Mitch: Laten we nog eens goed kijken, jongens; we zullen de maan in geen twee jaren meer terug zien.

Jimmy: Hè, wat een tijd, hè?

Dokter: Daar heb je de eerste lichtkogel. Aanstonds starten we.

Tijdklok: (Gefilterd) Het is nu 30 minuten voor de start.

Jimmy: De periscoop is rond geweest, Jeff.

Jeff: Mooi. In orde, Jimmy. En nu allemaal stil liggen en rustig blijven. Je weet, de start verloopt automatisch. Er mag niets misgaan.

Jimmy: Laten we hopen van niet. 550 miljoen kilometer is een end uit de buurt.

Jeff: Wij starten eerst. De anderen volgen met telkens twee minuten tussenpoos. Op 50.000 kilometer boven de maan worden de motoren stopgezet en voor de rest vliegen we motorloos.

Tijdklok: (Gefilterd) Vijftien minuten vóór de start.

Tijdklok: (Gefilterd) Tien minuten vóór de start.

Tijdklok: (Gefilterd) Vijf minuten vóór de start.

Controle: (Gefilterd) Hier, controle aarde. Wij roepen vlaggenschip Pionier

Jeff: Hallo, controle. Hier Pionier.

Controle: (Gefilterd) Binnen vijf minuten start U. Is U klaar?

Jeff: O.K.
Jimmy, draai de periscoop achter uit.

Jimmy: Periscoop achter, contact.

Tijdklok: (Gefilterd) Eén minuut voor de start.

Jeff: Let op, mannen. Het is zo ver.

Tijdklok: (Gefilterd) Nog dertig seconden.

Controle: (Gefilterd) Hallo, vrachtvaarder no.1. Controle aarde roept U.

Vrachtvaarder1: (Gefilterd) Hier no.1.

Controle: (Gefilterd) U start zo aanstonds. Is U klaar?

Vrachtvaarder1: (Gefilterd) Alles O.K.

Tijdklok: (Gefilterd) Nog vijftien seconden.

(KORTE PAUZE)

Tijdklok: (Gefilterd) Nog tien seconden.

(KORTE PAUZE)

Tijdklok: (Gefilterd) Nog vijf seconden – vier – drie – twee – één.

Jimmy: Nou, daar gaan we.

(KNAL.GELUID VAN RAKETMOTOR TOENEMEND)


Jimmy: Dag, maan. Ik zal je een an…  ansicht sturen.

(GELUID VAN RAKETMOTOR NEEMT NOG IETS TOE)

(VERVOLGENS ZACHTER, AIS ACHTERGROND)

Tijdklok: (Gefilterd) Dertig seconden na de start.

Controle: (Gefilterd) Hoogte 65 kilometer, snelheid 8.300 kilometer per uur. Maximum versnelling binnen 30 seconden.

Jeff: (MET INSPANNING) Jimmy – periscoop -achter – telescopische lens.

Jimmy: (MET INSPANNING) Periscoop achter uit – telescopische lens.

Jeff: (IETS MINDER INGESPANNEN) Motor, Mitch?

Mitch: (IETS MINDER INGESPANNEN) Prima, alle wijzers rustig.

Jeff: En Dokter?

Dokter: Hier alles O.K.

Jeff: Dat was een prima start. Laten we hopen, dat de anderen het er ook zo afbrengen.

Controle: (Gefilterd) Controle roept Pionier. U heeft nu Uw maximum versnelling bereikt. Over een uur worden de motoren afgezet.

Jeff: Bericht ontvangen, dank U.

Controle: (Gefilterd) Controle roept vrachtvaarder no.1. U start binnen 15 seconden.

Jimmy: Succes, mannen. Wij zien mekaar straks weer.

Tijdklok: (Gefilterd) Nog tien seconden.

Mitch: Hoe zouwen ze zich nu voelen?

Jimmy: Nou, als zij zich voelen zoals ik voor de start,… beroerd.

Tijdklok: (Gefilterd) 5 – 4 – 3 – 2 – 1.

Dokter: Daar gaan ze.

Mitch: Zo, alvast één veilig onderweg.

Jimmy: Hoe eh, hoe lang duurt het, voor ze ons inhalen?

Jeff: Zeker twee dagen – en dan zal het een hele toer zijn, om behoorlijk in formatie te komen.

Jimmy: Nou, we hebben zes maanden de tijd om ons te oefenen. Het zou geen gezicht zijn, als we niet netjes in de rij bij Mars aankwamen, want dan zouden we beslist een slechte indruk maken.

Jeff: Houd op met je gezwam, Jimmy. Blijf met je hersens bij je werk.

Jimmy: Ja, Jeff.
Nummer 1 komt in zicht.

(ENKELE MATEN MUZIEK)


 Jimmy: 1, 3, 4, 6, 7 en 8 liggen behoorlijk in de rij. 2 en 5 zijn wat achter, maar lopen langzaam in. Zal ik zeggen, dat ze een snufje gas moeten geven?

Jeff: Nee, Jimmy. Het is helemaal niet nodig, dat ze brandstof verknoeien voor een paradeformatie. Over enkele uren zullen ze op hun plaats zijn.

Mitch: Zeg, Jeff, als jij toch vindt, dat de formatie goed genoeg is, zal ik dan de motorrapporten opvragen?

Jeff: Ja, ga je gang, Mitch. Laat hem bij de radio, Jimmy.

Jimmy: Hier, Mitch. Je doet maar.

Mitch: Hallo, ruimtevloot. De hoofdingenieur roept de vrachtvaarders 1 tot en met 8. Uw motorrapporten, alstublieft.

Vrachtvaarder1: (Gefilterd) Dit is vrachtvaarder 1. Reactor normaal. Brandstofverbruik: tank 1: 3 79 8 42; tank 2: : 3 79 8 36.

Mitch: Dank je. Hoe was de start?

Vrachtvaarder1: (Gefilterd) Prima, kon niet beter.

Mitch: Goed zo. Ik kom over een half uur terug.

Vrachtvaarder1: (Gefilterd) O.K.

Mitch: Vlaggenschip roept no.2. Antwoordt, alstublieft.

Vrachtvaarder2: (Gefilterd) Vrachtvaarder 2 roept Pionier.

Mitch: Hoe ziet het er bij jouw uit, Frank?

Vrachtvaarder2: (Gefilterd) Niet mooi.

Mitch: Hoezo?

Vrachtvaarder2: (Gefilterd) Als maar moeilijkheden.

Mitch: Wat voor moeilijkheden?

Vrachtvaarder2: (Gefilterd) Kort na de start liep de stuwkracht terug.

Mitch: Wat?

Vrachtvaarder2: (Gefilterd) Ik moest meer brandstof geven, anders hadden we jullie nooit ingehaald. Ik ben bang, dat ik aardig wat verbruikt heb.

Mitch: Hoeveel?

Vrachtvaarder2: (Gefilterd) Zeker tien procent boven het berekende verbruik.

Mitch: Hoor je dat, Jeff?

Vrachtvaarder2: (Gefilterd) En dat is nog niet alles.

Mitch: Wat is er dan nog meer?

Vrachtvaarder2: (Gefilterd) De radio-ontvanger werkt bar slecht. Ik geloof, dat we nog tamelijk goed uitzenden, maar de ontvangst van de controle is niet meer dan sterkte 2.

Mitch: Maar je ontvangt ons toch goed, is ‘t niet?

Vrachtvaarder2: (Gefilterd) Ja zeker, U ontvang ik prima; aan onze verbinding met de rest van de vloot schijnt niets te haperen.

Mitch: Goed, blijf aan het toestel; ik kom straks terug.

Vrachtvaarder2: (Gefilterd) In orde.

Mitch: Nou, Jeff – wat doen we daarmee? Frank is wel een goeie piloot, maar hij is geen technicus en zeker geen radioman.

Jeff: Wie is er bij hem?

Dokter: Whitaker, een bouwkundig technicus.

Jeff: Oh, die zal de oorzaken van de moeilijkheden ook wel niet kunnen ontdekken. We zullen een mecano en een radiotechnicus erheen moeten sturen, om te zien of ze de fouten kunnen vinden.

Dokter: De dichtstbijzijnde mecano bevindt zich in 5 en de radiotechnicus in 7; dat is helemaal aan de andere kant van de formatie. Daarenboven is 5 nog steeds een eind achter. Overstappen lijkt mij voor hen een beetje hachelijk; de afstanden zijn te groot.

Mitch: Ja. Wij zijn dichter bij hen dan de meeste anderen. Ik zal wel gaan en dan neem ik Jimmy mee om de radio na te kijken.

Jeff: Dat lijkt me het enige, dat we kunnen doen.

Jimmy: Hè? Wat? Wat? Moet ik naar buiten?

Jeff: Haal je ruimtekostuum, Jimmy. En jij ook, Mitch.

Mitch: Goed, Jeff.

Jeff: Neemt de lange veiligheidslijnen mee. De dokter zal de overige rapporten opvragen, terwijl jullie weg zijn. (STEM WORDT ZWAKKER) Roep no.2 op, dokter en zeg hem, dat we Mitch en Jimmy naar hen toe sturen en laat ze zich klaarmaken om hen binnen te laten.

Dokter: In orde, Jeff.

Jimmy: (GEDURENDE DEZE HELE SCENE ‘GEFILTERD) Helm bevestigd.

Mitch: (EVENALS JIMMY GEDURENDE DEZE HELE SCENE GEFILTERD) Ik ook.

Jeff: Ik pomp de luchtsluis leeg.

(GELUID VAN LUCHTPOMP) = Luchtsluis


Jimmy: Kostuum opgeblazen.

Mitch: Kostuum opgeblazen.

Jeff: Luchtdruk: nul.

(GELUID LUCHTPOMP HOUDT OP)

Mitch: In orde, Jeff, open de buitendeur maar.

Jeff: Buitendeur, contact.

(GELUID ELEKTROMOTOR BUITENDEUR)


Jimmy: Wie, eh, wie eerst?

Mitch: Jij, Jimmy. Maak je lange veiligheidslijn hier vast en zet je af. Ze is lang genoeg om no.2 te bereiken. Als je daar bent aangekomen, maak je je korte lijn aan der vast. Dan bevestig ik het einde van de lange lijn aan mijn gordel en haal jij mij over.

Jimmy: Begrepen, Mitch.

Mitch: Maar één ding: trek niet te hard, hè.

Jimmy: Zeg, maak het een beetje, zie ik er zo stom uit?

Mitch: Ik vraag je alleen maar voorzichtig te zijn. Ik zou niet graag tegen de zijkant van het vaartuig te pletter slaan. Zo – ben je klaar?

Jimmy: Ja.

Mitch: Maak dan je lijn vast. Is ze ook goed vast?

Jimmy: Nou en of.

Mitch: Goed, zet je nu af. Ik laat de lijn door m’n handen glijden. Als je te hard afzet, rem ik je wel af.

Jimmy: Nou, eh, vooruit dan maar, hè.

Jeff: Daar gaat ie.

Dokter: Nogal voorzichtig, niet? Hij komt haast niet van de plaats.

Jeff: Beter zo dan te vlug.

Jimmy: Oh, oh, oh, oh, Hemeltje!

Jeff: Iets niet in orde, Jimmy?

Jimmy: Nee, Jeff, nee, dat niet, maar ‘t is zo’n raar gevoel, hier zo in het niets te hangen.

Jeff: Het is volkomen veilig.

Jimmy: Oh, nou voor mijn gevoel anders niet. Oh.

Dokter: Hij is er bijna.

Jimmy: (ZUCHT VAN VERLICHTING) Hé, hé, ik ben er.

Mitch: Ja, maak nou je korte lijn vast, Jimmy.

Jimmy: Ziezo; dat is O.K.

Mitch: Ik maak nu de lange lijn vast aan mijn gordel. Zo, ben je klaar, Jimmy?

Jimmy: Ja, Mitch.

Mitch: Dan maar inpalmen – maar langzaam, hè.

Jimmy: Ja. Ik begin. De lijn spant zich. Hé, Mitch, waar ga je heen? Wat doe je daarboven?

Mitch: Trek niet zo hard, ezel.

Jimmy: Je…, je lijkt wel een vlieger, die ik oplaat.

Mitch: Jimmy, Jimmy….

Jimmy: Goede help – De lijn…. Jeff! Jeff!

Jeff: Ja, Jimmy, wat is er?

Jimmy: (ONTZET) Mitch. De…, de lijn is losgeraakt! Mitch drijft weg. Hij drijft weg!

(SLOTMUZIEK)